Het is de eerste lokale warme dag van het jaar

Om 10:50 uur steeg de temperatuur in Eindhoven naar 20,3 graden en daarmee is het de eerste lokale warme dag van het jaar. Voor een warme dag moet het op één van de officiële meetpunten in ons land 20 graden of meer worden. De laatste warme dag was op 13 oktober 2023.

In De Bilt is het nu 18,2 graden en het is een kwestie van tijd voordat de temperatuur ook op het hoofdstation stijgt naar 20 graden. Zodra dat het geval is, is sprake van een officiële warme dag.

Uiteindelijk werd het op vier stations in het zuiden van het land zelfs zomers warm. In Gilze-Rijen werd het 25,0, in Twente en Eindhoven 25,4 en in Arcen 25,7 graden. Van een officiële zomerse dag was geen sprake. Daarvoor moest het in De Bilt 25 graden of meer worden. Het werd maximaal 24,1 graden op het hoofdstation.

De maxima van zaterdag 6 april 2024

Eerste lokale warme dag steeds vroeger

Gemiddeld, over de klimaatperiode 1994-2023, komt het op 4 april voor het eerst ergens in ons land tot een warme dag met een maximumtemperatuur van tenminste 20 graden. De eerste lokale warme dag komt daarmee klimatologisch steeds vroeger voor. In de klimaatperiode 1991-2020 was de eerste lokale twintiger op 6 april en in de periode 1981-2010 op 9 april. In de jaren tachtig en negentig steeg het kwik pas op 12 april voor het eerst naar 20 graden en meer.

Vorig jaar lang wachten

Dit jaar is de eerste lokale twintiger mooi op schema, maar vorig jaar was de eerste lokale warme dag aan de late kant. Pas op 21 april steeg het kwik regionaal tot boven 20 graden. In Eelde werd het 20,5 en in Nieuw-Beerta 20,3 graden. In 2022 werd op 22 maart de eerste lokale warme dag genoteerd en in 2021 was dat op 29 maart het geval. Het jaar ervoor steeg het kwik op 5 april voor het eerst lokaal naar 20 graden en in 2019 was het al op 27 februari warm. In Arcen werd het op 27 februari 2019 maar liefst 20,5 graden en deze waarde geldt nog altijd als hoogste wintertemperatuur ooit gemeten in ons land.

Tussen 24 februari en 18 mei

De vroegste warme dag ooit viel op 24 februari. In 1990 werd het in het Zuid-Limburgse Oost-Maarland 20,4 graden. In het vlakbij gelegen Epen werd het 20,0 graden. In 1941 moest het langst worden gewacht op een temperatuur van tenminste 20 graden. Pas op 18 mei steeg het kwik lokaal naar 20 graden, maar in het noordwestelijk kustgebied duurde het in het verleden nog wel eens veel langer. In 1956 steeg het kwik daar pas op 1 juli naar 20 graden.

In het zuiden gemiddeld meer dan 100 warme dagen

Gemiddeld telt een jaar in het zuiden van het land meer dan 100 warme dagen. In Eindhoven stijgt het kwik, volgens de huidige normaal 1994-2023, op 110 en in Maastricht op 104 dagen naar 20 graden of meer. Twente noteert gemiddeld 100 en De Bilt 96 warme dagen. In het noorden heeft Eelde gemiddeld 87, Leeuwarden 69 en Den Helder 59 dagen waarop de temperatuur stijgt naar 20 graden en meer.

De meeste warme dagen werden in de zomer van 2018 genoteerd. In het Brabantse Gilze-Rijen werden 147 warme dagen genoteerd en in het Limburgse Arcen 146. Ook in Eindhoven, Maastricht, Twente, Hupsel, Ell en Volkel werden toen tenminste 140 warme dagen genoteerd. In De Bilt kwam het in 2018 tot 132 warme dagen.