Juni 2016 werd gekenmerkt door zware regen- en onweersbuien en vooral in het zuidoosten viel een recordhoeveelheid aan regen. Plaatselijk werd 250 tot bijna 280 mm gemeten. Dat is meer dan in een gemiddelde zomer en uniek voor juni! Ook landelijk is bijna anderhalf keer zoveel regen gevallen als normaal. Alleen in Sappermeer, Dwingeloo en Eelde viel met respectievelijk 58, 65 en 63 mm minder regen dan normaal. Daarmee waren dit de droogste plaatsen in het land. Overal verliep de maand te somber. In het noorden viel het mee, omdat juni daar nog vrij zonnig van start ging. In De Bilt was het deze maand ruim een graad te warm.
Over het zuidoosten trokken regelmatig zware onweersbuien en kwam in toenemende mate wateroverlast voor. Op donderdag 23 juni werd de meeste schade veroorzaakt toen zware buien in de nacht en vroege ochtend over het westen van het land trokken en in de avond juist over het zuidoosten. Op veel plaatsen viel 30-60 mm water en vooral grote hagelstenen en (zeer) zware windstoten veroorzaakten extra overlast.
Gemiddeld over het land is 123 mm gevallen. Dat is bijna de helft meer dan de gebruikelijke 68 mm. Door het buiige karakter van de neerslag waren er grote verschillen. Het natst was het in het midden en noorden van Limburg en de zuidoostelijke delen van Noord-Brabant. In die regio is op veel plaatsen 200 tot 250 mm gevallen en lokaal nog meer. De natste plek was Venlo met 277,4 mm neerslag, op de voet gevolgd door het Limburgse Ysselsteyn met 276,9 mm. Dit is niet alleen de viervoudige maandhoeveelheid en ruimschoots meer neerslag dan normaal in de hele zomer (200 mm), maar ook de grootste neerslagsom ooit in juni gemeten. Het oude record van 247 mm uit 1966 in Poortugaal is zelfs flink aangescherpt!
Neerslagoverschot
Met deze enorme hoeveelheden regen is het niet zo verwonderlijk dat verschillende regio’s te kampen hebben met een wateroverschot. Normaal is de verdamping in de periode april-juni groter dan de hoeveelheid regen, waardoor het land uitdroogt en agrariërs het land moeten besproeien. Nu is op de Veluwe, in het Groene Hart en het oostelijk Rivierengebied een neerslagoverschot ontstaan van 30 tot 90 mm. In Limburg en delen van Noord-Brabant is zelfs 120 tot 180 mm meer gevallen dan er de afgelopen drie maanden is verdampt.
Niet overal is sprake van een neerslagoverschot. In het noord(oost)en van het land en in het westen van Zeeland is de afgelopen maanden meer water verdampt dan er regen is gevallen, maar is het neerslagtekort alsnog kleiner dan normaal. In het Drentse Dwingeloo en in West-Terschelling staat de teller op 60 mm. Dit kan nog oplopen naar ongeveer 70 mm.
Ruim een graad warmer dan normaal
In De Bilt kwam de gemiddelde temperatuur uit op 16,8 graden. Dat is goed voor een negende plek in de top-10 warmste junimaanden. Normaal is het in juni 15,6 graden. Verder waren er 5 zomerse dagen met in De Bilt meer dan 25 graden en dat is vrij gebruikelijk. Het aantal warme dagen (> 20 graden) kwam met 18 iets hoger uit dan de gebruikelijke 14. Op 20 juni beleefden we met 16,8 graden de koudste dag en slechts drie dagen daarna werd het in De Bilt met 28,4 het warmst. Op die 23e werd het in het zuidoosten op meerdere plaatsen meer dan 30 graden en daarmee de eerste regionale tropische dag. In Arcen werd het maar liefst 32,6 graden. Opmerkelijk was de zeer hoge luchtvochtigheid, waardoor het extra benauwd aanvoelde.
Zomer start somber
Normaal gesproken is het in juni aan de westkust zonniger dan in het oosten van het land. Op de vijf landelijke hoofdstations scheen de zon bijna 40 uur minder dan normaal. Vlissingen is in juni vaak één van de zonnigste plekken, maar dit jaar is het met 157 uur zon, tegenover 205 normaal, een stuk somberder. Alleen in het noorden viel het mee, omdat hier de zon aan het begin van de maand nog vaak tevoorschijn kwam. Het somberst was het in Maastricht met slechts 126,1 zonuren.
Foto ter illustratie: Sven Trommelen uit Vessem
Bekijk alle nieuwsberichten