De afgelopen drie jaren grossierden in zon, warmte en perioden van extreme droogte. Aan deze reeks kwam in 2021 een einde. Het was landelijk gemiddeld vrij nat en regionaal zelfs zeer nat. Het aantal zonuren lag iets boven het klimaatgemiddelde en de temperatuur kwam voor het eerst sinds 2013 onder normaal uit.
De gemiddelde jaartemperatuur in De Bilt bedroeg 10,5 graden tegen 10,6 normaal. De laatste keer dat een jaar kouder verliep was in 2013 met 9,8 graden. Dat 2021 gemiddeld iets te koud was kwam vooral door een koud voorjaar. De gemiddelde lente-temperatuur was 8,1 graden tegen 9,9 normaal. Naast de drie lentemaanden (maart, april en mei) waren ook januari, juli en augustus kouder dan gebruikelijk. Daar tegenover stonden zes relatief warme maanden. Juni sprong eruit met een warmterecord van 18,2 graden tegen 16,2 normaal.
Helaas hebben wij niet genoeg rechten om jouw deze content te tonen.
Onze website maakt gebruik van cookies om jou de beste ervaring te geven. Wil je deze content van ons of van derden zien dan vragen wij jou om de instellingen aan te passen.Het koudste weer van 2021 beleefden we in februari met een sneeuwstorm, gevolgd door een week met stevige vorst en schaatspret. Toch was februari gemiddeld vrij zacht, doordat het in de tweede helft van de maand enorm zacht werd. Van 21 tot en met 24 februari werden maar liefst vier datum-warmterecords genoteerd voor de maximumtemperatuur in De Bilt. Ook op 31 maart was het recordwarm. Tot slot sloten we het jaar af met de warmste 30 december, een unieke 15 graden, de warmste decembernacht en de warmste oudjaarsdag.
Kouderecords kwamen dit jaar opnieuw niet voor. Het laatste kouderecord voor het maximum in De Bilt dateert van 6 oktober 2019.
Er werden dit jaar in De Bilt gemeten:
- 98 warme dagen (maxima van 20 graden of meer) tegen 93 normaal
- 20 zomerse dagen (maxima van 25 graden of meer) tegen 28 normaal
- 1 tropische dag (maxima van 30 graden of meer) tegen 5 normaal
- 50 vorstdagen (minima beneden 0 graden) tegen 53 normaal
- 12 dagen met matige vorst (minima beneden -5 graden) tegen 10 normaal
- 2 dagen met strenge vorst (minima beneden -10 graden) tegen 1 normaal
- 7 ijsdagen (maxima beneden 0 graden) tegen 6 normaal.
Lees hier nog meer over de temperatuursextremen in 2021.
Zonuren en neerslag gemiddeld vrij normaal
Het aantal zonuren kwam gemiddeld over het land uit op ongeveer 1799 uur tegen 1774 normaal. Januari, mei, juli, augustus, november en december verliepen somber. De andere zes maanden waren juist zonniger dan het klimaatgemiddelde. Vooral in de zomervakantie-periode was het somber, met een ‘tekort’ van 56 uur zonneschijn.
Lees hier het complete jaaroverzicht over de zonneschijn in 2021
2021 was vrij nat met gemiddeld over het land 884 mm tegen 851 normaal. Regionaal viel zelfs meer dan 1000 mm regen. Dat gold onder andere voor delen van Noord-Holland, Friesland en de Limburgse heuvels. Extreme regenval op 14 en 15 juli leidde in Limburg tot een weeralarm. Flinke overstromingen en modderstromen richtten schade aan in Zuid-Limburg en de dagen erna was het in heel Limburg gevaarlijk hoogwater in de Maas en kleinere rivieren.
Lees hier alle details over de regionaal extreme neerslag in 2021
Beperkt aantal stormen
2021 was een relatief rustig jaar als het op officiële stormen aankomt. Er werden er maar drie gemeten, waarvan twee in de lente en één in de winter. Zo kwam het op 11 maart langs een groot deel van de Nederlandse kust tot een officiële storm. Die dag werd in Vlissingen, IJmuiden, Vlieland en op de Houtribdijk tussen Lelystad en Enkhuizen een uur lang gemiddeld windkracht 9 gemeten. Op 21 mei stormde het in IJmuiden twee uur lang. Op 1 december kwam het nipt tot een officiële winterstorm, met een afgeronde uurgemiddelde windkracht 9.
Twaalf keer code oranje of weeralarm (code rood)
Dit jaar kwam het twaalf keer tot dusdanig extreem weer dat er code oranje of zelfs code rood (een weeralarm) werd afgegeven. De helft van de keren ging het daarbij om ijzel. We zetten het hieronder op een rijtje:
- 1 januari: code oranje voor dichte mist (Utrecht en Zuid-Holland)
- 9 januari: code oranje voor ijzel (noordelijke helft van het land)
- 1 februari: code oranje voor ijzel (noordelijke helft van het land)
- 7 februari: code rood voor sneeuwjacht (heel Nederland)
- 8 februari: code oranje voor gladheid door gevallen sneeuw en ijsplaten (Noord-Holland, Friesland, Groningen en het Waddengebied)
- 15 februari: code rood voor ijzel (heel Nederland)
- 18 juni: code oranje voor zware onweersbuien (Midden- en Noord-Nederland)
- 29 juni: code oranje voor onweersbuien met veel neerslag in korte tijd en lokaal wateroverlast (Limburg)
- 13 en 14 juli: code oranje op 13 juli en code rood op 14 juli voor zware regen en wateroverlast (Limburg)
- 11 december: code oranje voor gladheid door ijzel (Gelderland)
- 23 december: code oranje voor gladheid door ijzel (Midden- en Noord-Nederland)
- 27 december: code oranje voor gladheid door ijzel (Groningen, Drenthe en Friesland)
Glibberen door ijzel. Foto: Matthijs van der Linden.
Maar liefst 40 procent van de dagen gold er een waarschuwing
Op 146 dagen (40% van de dagen) gold voor een of meerdere provincies een waarschuwing (geel, oranje of rood). Dat is het hoogste percentage dagen met waarschuwingen sinds 2016. Toen werd op maar liefst 43% van de dagen gewaarschuwd.
Er werd het meest gewaarschuwd voor gladheid (57 dagen), op de voet gevolgd door mist (56 dagen). Verder kwam het 28 keer tot een waarschuwing voor onweer, 21 keer voor zware windstoten, 8 keer voor regen, 5 keer voor extreme kou. Hierbij geldt natuurlijk dat soms meerdere waarschuwingen tegelijk actief waren op één dag.
Groningen en Gelderland zijn de provincies met de meeste waarschuwingen in 2021. Er gold op maar liefst 103 dagen een waarschuwing. Het minst vaak werd er gewaarschuwd voor de Waddeneilanden; totaal 65 keer. Ook Zeeland was met 72 waarschuwingen relatief veilig.
Hoofdfoto: Willem van Engelenhoven