Wanneer je op een warme lente- of zomeravond langs de kust loopt, kan je zomaar een lichtgevende blauwe gloed in het water zien. Dit is zeevonk: een eencellig organisme dat licht kan geven. Het is een prachtig fenomeen, maar wat is het nou eigenlijk precies? En wanneer kun je zeevonk zien?
Zeevonk is een soort alg. Om het water op te laten lichten, moet de alg in grote getale aanwezig zijn. De alg moet zich dan dus snel vermeerderen. Dit gebeurt het makkelijkst wanneer het water warm is, de zon volop schijnt en er relatief weinig wind staat, zodat er weinig beweging in het water zit. Overdag zie je dan een zalmroze kleur van de algen in het water ontstaan.
Wanneer er genoeg van deze eencellige organismen samen zijn, ontstaat er door bewegend water een chemische reactie. Dit kan ontstaan door golfjes in het water of doordat je er zelf doorheen beweegt. Hierbij komt het blauwe licht vrij. Zo kan de alg bijvoorbeeld oplichten door de golfslag, of wanneer je stappen zet in het ondiepe water. Bij daglicht kan de zeevonk een oranjerode kleur hebben.
Beste moment om zeevonk te zien
Omdat zeevonk over het algemeen ontstaat in rustig, ondiep en warm zeewater, zie je dit fenomeen vooral wanneer een aantal warme en zonnige dagen elkaar opvolgen. Een serie tropische dagen met weinig wind is het meest ideaal, maar ook bij temperaturen van 20-25 kan zeevonk soms al te zien zijn. Na een tropische dag met 30 graden is het vaak nog lang warm en aangenaam om tot laat op het strand te blijven en het fenomeen te bewonderen. Dus wil je een keer zeevonk zien, blijf dan op een tropische dag tot ’s avonds laat aan de kust!
Soms kun je in de zomer een mooie combinatie van zeevonk en lichtende nachtwolken zien. Dan zie je zowel een blauwe kleur in het water, als in de lucht. Lees in dit artikel alles over lichtende nachtwolken.